Bij sommige woorden vinden we het makkelijk om de juiste verkleinvorm te vinden. Denk aan bank-bankje, tafel-tafeltje, boot-bootje, lach-lachje. Daar denken we niet eens over na, het gaat automatisch. Maar er zijn ook woorden die lastiger zijn. Is het nu café’tje of cafeetje, sms´je of sms-je, jongentje of jongetje, baby’tje of babietje. Ik worstel daar zelf ook nog regelmatig mee. Hieronder vind je de lastigste vormen van verkleinwoorden.
autootje en sateetje
Bij woorden die eindigen op een enkele klinker die we lang uitspreken, verdubbelt de klinker.
- auto – autootje
- saté – sateetje
- café – cafeetje
- menu – menuutje
- pagina – paginaatje
- kilo – kilootje
baby’tje en lolly’tje
Eindigt het woord op een y (zonder andere klinker ervoor) of op een enkele u die als oe wordt uitgesproken, dan gebruik je een apostrof:
- baby – baby’tje
- lolly – lolly’tje
- buggy – buggy’tje
- hobby – hobby’tje
- tiramisu – tiramisu’tje
afkortingen en cijfers
Je gebruikt een apostrof als het woord een afkorting is of cijfers bevat:
- A3’tje
- cd’tje
- tv’tje
- gsm’etje
- sms’je
- wc’tje
woninkje en kettinkje
Woorden die eindigen op ing krijgen inkje of ingetje
- koning – koninkje
- woning – woninkje
- ketting – kettinkje
- ding – dingetje
- vereniging – verenigingetje
- splitsing – splitsinkje
doucheje en sardientje
Bij woorden waarbij de e in de uitspraak niet hoorbaar is, blijft de e staan en komt de verkleining daarachter.
- douche – doucheje
- branche – brancheje
- blocnote – blocnoteje
Is de e wel hoorbaar in het gewone woord, maar niet in het verkleinwoord, dan schrijven we geen e in het verkleinwoord:
- machine – machientje
- antilope – antiloopje
- karbonade – karbonaadje
- sardine – sardientje
Uitzonderingen
En de Nederlandse taal zou de Nederlandse taal niet zijn als we niet ook weer uitzonderingen hebben.
- jongen – jongetje (n vervalt)
- type – typetje of typeje (twee verkleinwoorden)
Heel veel succes.